Regelmatig hoor je over mensapen, vooral dan over chimpansees (met wie wij 99% van onze genetica delen), bonobo’s, orang-oetans en gorilla’s. Er is echter een vijfde mensaap: de gibbons! Zij behoren ook tot de mensapen!
Gibbons zijn uitstekende zangers en acrobaten, ze houden van hoogtes en slingeren met hun lange armen van tak tot tak. Hievoor gebruiken ze de vingers van hun handen als haken, zo kunnen ze aan de bomen blijven hangen. Dit maakt de gibbon tot een boombewonende mensaap.
© Magnus Lundgren / Wild Wonders of China / WWF
Ondanks zijn geringe grootte en zijn vrij grote genetische afstand tot de mens, staat de gibbon toch hoog op de lijst van mensapen. Maar waarom? Nou, omdat hij geen staart heeft, net als de mens. Zo kun je ze herkennen! Maar dankzij zijn kleine gestalte kan hij in de lucht vele acrobatische toeren uithalen, waarbij hij met zijn lange armen van boom tot boom slingert. Dit wordt brachiatie genoemd.
Brachiatie is de manier waarop gibbons zich voortbewegen. We kunnen dit heel moeilijk uitleggen, maar maak je geen zorgen, we vatten het voor je samen. In feite, zoals je hierboven hebt kunnen lezen, beweegt de gibbon met zijn zeer lange armen en voeten. Wanneer wij als mens iets met onze handen willen vastgrijpen, strekken wij, afhankelijk van de afstand van het voorwerp, onze armen, waardoor onze schouders en dus de gewrichten gaan werken. Bij de gibbon is dit mechanisme veel flexibeler, aangezien hij in staat is zijn schouders te draaien en indrukwekkende bewegingen en evenwichtsoefeningen uit te voeren die wij als mens niet kunnen. Dankzij dit unieke vermogen is het heel gemakkelijk om van tak naar tak te slingeren en naar een andere boom te springen. Zijn poten zijn zo krachtig dat hij soms meer dan 15 meter kan zweven en dat met een snelheid van meer dan 55 km/u! Dit is zeer spectaculair, zelfs voor een aap. De gibbon is een beetje als de spiderman van het bos.
Zoals eerder duidelijk werd, brengt de gibbon zijn leven door in de toppen van de bomen (ook wel het bladerdak genoemd). Het is zeer zeldzaam dat hij naar de grond gaat. Hij geeft er altijd de voorkeur aan om hoog te zitten en verschillende lekkere vruchten binnen zijn bereik te hebben. Gibbons zijn vooral dol op mango's, druiven en vijgen. Enkel wanneer de bomen geen vruchten dragen, zoekt hij voedsel op de grond, waar hij zich voedt met insecten, bloemen of bladeren.
De gibbon is de koning van de brachiatie, maar hij heeft nog een talent. Hij zingt ongelooflijk goed. Hij blaast zijn keel op, die de vorm van een ballon aanneemt, en hij stoot indrukwekkende en zeer lange geluiden uit die hij gebruikt om binnen de familie te communiceren, om een dreiging van bovenaf of van op de grond te signaleren of als een medelid te ver van de groep is verwijderd. Onderzoekers hebben vastgesteld dat withandige gibbons (er zijn ten minste 20 verschillende soorten) een zeer gevarieerde taal gebruiken met meer dan 450 verschillende klanken. Bovendien is het heel gebruikelijk dat kleine families elkaars pad kruisen en met elkaar communiceren om hun territorium aan te geven. Er wordt steeds meer onderzoek verricht om de evolutie van taal bij apen te begrijpen.
Hun leefgebied wordt sterk verkleind door de palmolieproductie, ontbossing en mijnbouw. Ze zijn ook het slachtoffer van stroperij. Hun aanwezigheid is van essentieel belang voor de gezondheid van de bossen waarin zij leven, aangezien zij bijvoorbeeld helpen de bodem gezond te houden en zaden van planten te verspreiden via hun uitwerpselen.
Wist je dat?
De gibbon wordt soms de "spinaap" of "brulaap"
De gibbon wordt soms de "spinaap" of "brulaap" genoemd vanwege zijn vermogen om zich met zijn uiterst soepele armen en voeten en zijn krachtige vocalisaties in het rond te kronkelen.
De gibbon is monogaam
De gibbon is monogaam: dit betekent dat hij in een paartje leeft en zijn hele leven aan zijn paartje en zijn jongen wijdt.
Zangers !
Sommige soorten gibbons hebben in de loop van de evolutie een strottenhoofd ontwikkeld, dat zij vergroten tot "zakken" om hun verschillende liederen, die 15 minuten duren, te laten weerklinken.